Gemeenten laten grote steken vallen in het begeleiden van jonggehandicapten naar werk. Dat blijkt uit onderzoek van Nieuwsuur. De taak ligt sinds 1 januari 2015 bij de gemeenten, maar vooral kleine gemeenten hebben nog geen idee hoe ze deze doelgroep moeten begeleiden.
Veel gemeenten geven aan dat 2016, net als afgelopen jaar, een jaar is waarin nog niet alles optimaal geregeld is voor deze doelgroep. Voorzieningen zijn nog in ontwikkeling en netwerken moeten worden opgebouwd. Ook hebben gemeenten de nieuwe doelgroep nog nauwelijks is beeld.
“Je ziet dat gemeenten in het beginstadium staan. Ze hebben veel bedacht om de leerlingen aan het werk te helpen. Maar de stap om werkelijk banen te creëren is nog lastig te zetten”, zegt Evelien Meester, die gemeenten adviseert bij de uitvoering van de participatiewet.
Zie Nieuwsuur beeldmateriaal voor meer informatie.
Ondertussen gaan jaarlijks 16.000 kwetsbare jongeren van school. Omdat ze nu of in de toekomst kunnen werken, hebben ze geen recht op een Wajong-uitkering. Volgens de Landelijke Cliëntenraad doen 10.000 van deze jongeren een beroep op de gemeente. Als ze geen begeleiding krijgen, komen ze thuis te zitten.
De 22-jarige Ivar Muis heeft door ADD moeite met concentreren en wordt erg beïnvloed door prikkels. Hij wil dolgraag werken, maar het lukt hem niet een baan te vinden.
“Op dit moment doe ik vrijwilligerswerk. Ik kan zelf geen betaalde baan krijgen”, zegt Ivar.
Hij is al talloze malen bij de gemeente op gesprek geweest, zij zijn verplicht om hem naar werk te begeleiden, maar komt daar niet verder. “Dat maakt het soms wel een beetje lastig een stap verder te gaan in de toekomst.”
Voorheen was het de taak van het UWV om jonggehandicapten te begeleiden en/of een uitkering te verstrekken, de zogeheten Wajong-uitkering. Nu krijgt iemand alleen nog een Wajong-uitkering als vaststaat dat iemand nooit meer kan werken. Dat is slechts een zeer klein percentage van de oorspronkelijke groep.
Veel jonggehandicapten komen van het speciaal voortgezet onderwijs, de praktijkschool of het laagste mbo-niveau. Vooral de grote gemeenten zeggen in gesprek te zijn met scholen en hebben inmiddels afspraken gemaakt. Kleinere gemeenten zien de noodzaak om deze leerlingen te begeleiden nog minder.
Dat merkt ook Richard Brenkman van de Onderwijsspecialisten.
Dit bestuur heeft ruim twintig scholen in het (voortgezet) speciaal onderwijs in Gelderland en daarbuiten. Ze hebben met zeer veel verschillende gemeenten te maken. “Onze grootste zorg is dat de jongeren bij alle instanties van de radar verdwijnen en thuis komen te zitten. Zonder onderwijs en stage is het moeilijk ze te mobiliseren”, zegt Richard Brenkman, Onderwijsspecialist.
Ook recent onderzoek van Regioplan laat zien hoe belangrijk begeleiding is. Als jongeren niet direct na het verlaten van school begeleiding krijgen, dreigen zij buiten beeld te raken. Scholen moeten zich meer focussen op arbeidstoeleiding en de samenwerking tussen scholen en gemeenten moet verbeteren, aldus Regioplan. Ook moeten gemeenten contact blijven houden met jongeren op het moment dat zij een baan of stage hebben gevonden. Dit gebeurt vaak nog niet door onvoldoende mankracht.
Bovendien is ook het budget van de gemeenten om mensen aan het werk te helpen de afgelopen jaren drastisch geslonken. “In 2009 hadden gemeenten zo’n 5000 euro per persoon, nu is dat zo’n 1600 euro per persoon. Dat betekent dat er echt keuzes gemaakt worden en dat er verschillende doelgroepen met elkaar concurreren om dat geld”, zegt gemeente-adviseur Meester.
Bron: Nieuwsuur